Studiemethode

Als studiemateriaal voor het van blad leren zingen wordt, naast de eigen inbreng van de leerkrachten, gebruik gemaakt van de methode -Jongleren- van Silvère van Lieshout. De leerlingen van Zangklas 1, 2 en 3 werken thuis individueel aan de oefeningen uit het boek.

In de lessen op maandag en dinsdag wordt in kleine groepjes gewerkt en het bestudeerde gecontroleerd en afgetekend. De methode bestaat uit meerdere boeken en elk boek uit verschillende ritmische en melodische gedeelten. Voor elk afgesloten gedeelte of boek ontvangt de leerling aan het einde van het jaar een oorkonde.

Leerlingen in zangklas 2 sluiten respectievelijk Muziektheorie Deel I en Deel II af. Deel I: hierin worden de meest elementaire muzikale begrippen behandeld en in Deel II de begrippen en vaardigheden die verder muzikaal inzicht geven. 

Leerlingen die boek II met goed gevolg hebben afgesloten krijgen praktische oefeningen en vaardigheden aangereikt op het gebied van gehoor zoals herkennen van intervallen, drieklanken, tussenvijf, vierklanken, het a vue van blad zingen, notatie, de grepen voor deze vaardigheden aan de piano, slagtechniek van de verschillende maatsoorten en bijbehorende stopslagen, aanduidingen crescendo-decrescendo, enzovoort, enzovoort. Daardoor wordt het inzicht in koorpartituren en de kennis en vaardigheid van de uitvoerder vergroot.